Historie
De eerste Haringsen
De eerste Haring (1762-1800) was musketier onder de vorstelijke Friese Garde van de stadhouder prins Willem V van Oranje. Omdat de Haringsen allemaal naar deze eerste Haring zijn vernoemd hebben we zijn verhaal uitgelicht. Verder vind je biografieën van zijn zoon Aldert Harings (1789-1841) en andere familieleden. We hebben onderaan de pagina een gecomprimeerde stamboom van 1720 tot heden gepubliceerd.
Haring I
We maken voor het eerst kennis met Haring I in de doopboeken uit 1762 van de Grote Kerk van Leeuwarden.
Als 17-jarige werd hij gerekruteerd voor het Staatse regiment W.G. Frederik van Oranje-Nassau. Haring ging een dienstverband aan voor 12 jaar en zag in die periode veel van Nederland.
In 1787 werd hij vanwege de patriotse opstanden naar Friesland gestuurd. Harings regiment zuiverde Franeker van ongewenste invloeden en nam een kanon versierd met oranje linten als buit mee terug naar Leeuwarden.
Vanaf 1793 diende Haring bij de Friese Gardes, de lijfwacht van de prins, die voor wachtdiensten en ceremoniële taken werden ingezet. Zijn oudere broer Fedde was toen al tien jaar in dienst bij deze 'vorstelijke' Garde.
Van Haring weten we dat hij rond 1800 naar Oostindië is vertrokken. Het is niet duidelijk hoe dit precies is gegaan en waar en wanneer hij is overleden.
Voor het uitgebreide verhaal over Haring I lees verder..
Zo kwam Haring voor de dag. Op de afbeelding een musketier van de Garde op de wal van Leeuwarden. Bron: Collectie NMM, C.G. Boode.
Volgende generaties
De verhalen van de eerste Haringsen zijn sterk verbonden met de Nederlandse krijgsgeschiedenis. Alle mannelijke familieleden waren onder de wapenen tijdens de grote militaire campagnes in Noord-Holland (1799), Duitsland (1800-1801), Rusland (1812), Pruissen (1813) en België (1830-1834). Andere Haringse militairen waren met het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) bij de expedities in Atjeh (1880-1888), op Lombok (1894) en ten slotte op Java (1941-1950). Vanzelfsprekend verkozen niet alle Haringsen een militaire carrière. Velen werden ondernemers en leidinggevenden in loondienst. De Haringsen wonen inmiddels in het hele land. Je kunt dit zien op de pagina Kartografie.
Hieronder volgen enkele telgen:
- Haring I Jans (1762-1800), tamboer tegen de patriotten, musketier bij de stadhouderlijke Friese Garde
- Aldert Harings (1789-1841), mr. schoenmaker, schutter Friese schutterij, Ridder van het Metalen Kruis
- Haring Harings (1815-1906), korporaal Friese schutterij, "Oudste tamboer der Nederlandse schutterij"
- Jacobus Harings (1863-1934), staftamboer KNIL, chef stoomtrammaatschappij en in de suikercultures
- Marius Harings (1865-1927), tabaksondernemer, chef tabaksfabriek, lid in de Orde van Oranje-Nassau
- Joop Harings (1878-1956), smid, rijwielhandelaar en -hersteller, grondlegger van familiebedrijf Harings
- William Harings (1912-1986), sergeant KNIL, WOII-veteraan, voetballer Ned-Ind voetbalelftal ('Oranje')
- Dick Harings (1948-2000), artiest/musicus (gitarist, toetsenist, sound engineer) o.m. sixties pop-bands
- Cor Harings (1954), manager, natuurfotograaf en gastheer voor de Amsterdamse Waterleiding Duinen
- Maarten Harings (1981), manager, genealoog, grondlegger en bestuurder van Stichting Familie Harings